Afscheid van NORMAAL nog één keer Oerend hard.

Normaal by Marita StegginkMiddels een grote schemerlamp op het grote podium in de Gelredome, laat Bennie Jolink zien aan de Normaal fans dat het nu echt ‘UUT’ is. Aan het einde van een geweldige avond met veel Deurdonderen en Høken trekt de zanger aan het touwtje van die schemerlamp…….. Het is nu echt ‘UUT’

 

JEROEN WIELAERT / NOS  schreef een geweldig verslag ;

“Høken! Høken! Høken!” Breed glunderend onder zijn hoed liet Bennie Jolink zijn aanhangers in het Gelredome het karakteristieke mantra van Normaal scanderen. Het gebeurde in de finale van het afscheidsconcert van de geliefde Achterhoekse groep, toen veel van de fans al behoorlijk beneveld waren.
Ajuu de Mazzel, was het motto van dit allerlaatste optreden na dik veertig jaar rondgaan in grootse veldtochten, zoals ze het bij Normaal graag noemden. Ondanks de overvloed aan alcohol werd het een passende eredienst zonder wanklank.
Terschelling
Een persoonlijke herinnering gaat terug naar de kerstdagen van 1975. Met een stel vrienden was ik op vakantie op Terschelling. In Bar-dancing Braskoer raakten we in gesprek met een paar gezellige ruige types met grote zwarte hoeden. Ze zeiden: “We zijn van Normaal. We moeten snel met de boot, optreden in de Achterhoek. Daarna komen we weer terug. Uutwaaien.”
Het waren Ben Jolink en Willem Terhorst, zanger en bassist van de mij destijds volslagen onbekende groep. Met Oerend hard werd alles anders. Ze maakten snel furore als boerenpunkgroep. Ze waren de eerste Nederlandse band die voor streektaal koos, in een mengeling van rock, blues en americana. Daarmee brachten ze niet alleen de fans trots bij, maar verlosten ze meer provincialen van een gevoel van achterstelling.
Terhorst, beter bekend onder zijn artiestennaam Wimken van Diene, zei voorafgaand aan het concert van de afgelopen avond: “We hebben school gemaakt. Ontelbare bandjes gingen in dialect spelen. Ik weet niet of die trots wel of niet bestond. Ik ben van agrarische afkomst. Heb nooit tegen het westen opgekeken of erop neergekeken.”
“Ik ben blij dat ik in de Achterhoek woon”, aldus de bassist. “Ik hoef maar 50 meter op de fiets te zitten of ik kom in het mooiste gebied van Nederland. Dat moeten die mensen in het westen allemaal missen. Het is in deze streek wel een soort religie voor de mensen, met attributen van Normaal in hun woonkamertje.”
Hamburgers en gyros
Inmiddels hebben de Normaal-pelgrims zich voor het stadion verzameld in een grote partytent waar de klanken van AC/DC en de Stones uit de speakers daveren. Ruig volk, jong en oud, vooral uit het oosten van het land. Het is indrinken met hamburgers en gyros. Een stel gevorderde vijftigers staat er, met plooien in het gezicht, de nieuwste Normaal-shirts om hun minder slanke torso’s. Ze maken zich vrolijk over hun laatste avond Høken, Angoan en Daldeejen – Normaaltaal voor de betere uitspatting met veel bier en vrouwen. De geliefde groep stopt, maar het gebruik zal blijven voortbestaan, al is het alleen maar uit nostalgie.
Vooral voor Ben Jolink is het te zwaar geworden. Hij nadert de 70, heeft al veel langer twijfels om door te gaan als voorganger van de boerenemancipatie op het vehikel van de rock-‘n-roll.
Maar daar is niets van te merken als hij tegen 19.30 uur op een ronkende motor aan een kabel over het volk komt aanvliegen en daarna neerstrijkt voor een deurdonderende show van meer dan drie uur, met bierpauze. Vanaf de eerste tel is het duidelijk: dit is Normaal, voor het laatst in topvorm.

Op een van de enorme wisseldecors staat een Amerikaanse schoolbus geschilderd met ’40 jaar Høken’ – het mag duidelijk zijn waar het al die jaren om ging. Ze zingen dat ze het samen moeten doen, dat er muziek in zit en dat het net als gisteren is. De invloed van Chuck Berry komt naar voren in Oh deerne. Ze komen dan wel van het Achterhoekse platteland, maar ze zijn altijd trouw gebleven aan hun Angelsaksische voorbeelden.
Jolink laat zich van zijn kritische kant horen in een sneer naar het Glazen Huis, het 3FM-initiatief dat op dit moment actief is in Heerlen. Hij roept: “Ze hebben gevraagd of ze hier mochten collecteren. Maar dat doen we niet voor een stel mediageile veelverdieners. Jullie kunnen beter iets geven aan het kankerfonds, het KWF.”
In de pauze blijkt dat de aanwezige bars facilitair zwaar tekortschieten voor het lessen van de dorst. Het benauwende gedrang voelt aan als een aanmoediging om direct te stoppen met bier drinken, maar dat willen de dorstigen niet weten. Veelvuldig klinkt het: “Het is hier geen concert van Marco Borsato!”
Intiem
Normaal begint het tweede deel met een intieme setting op een middenpodium. Dan is het ingetogener, met de latere, bedachtzamere teksten van Jolink. Maar hij blijft een gave performer en publieksmenner als hij terug in een een persoonsmodule is getakeld naar het hoofdpodium en zingt over de boer die een kerel is. Zo gaat het verder, in een lied over het ongemak dat hij niks zag omdat hij moest pissen.
Het Gelredome is inmiddels veranderd in een zinderende bierhal die dampt van de sigarettenrook. De mannen lopen rond in ontblote bovenlijven; de vrouwen doen dat liever niet. Er gaan armen omhoog, vingers in de lucht voor onvergankelijke hits. Het wordt meebrullen met Deurdonderen en natuurlijk met Høken.
Oerend hard is wel Normaals aller-beroemdste evergreen, maar niet de laatste toegift van de Achterhoekers. Ze sluiten gevoelig af met de Ballade van de muzikant, geschreven door mede-oprichter Jan Manschot, in 2014 overleden aan een hersentumor.
Op het einde van het concert hangt een enorme boerenschemerlamp boven het podium. Bennie Jolink trekt aan het touwtje. Het is uut.